In onze lessenserie maken we in 6 lessen met de leerlingen een “buurtkrant”, de inhoud van deze krant ontstaat tijdens de lessen en de lessen gaan uit van het woord “buurten”. De leerlingen gaan beelden verzamelen tijdens een wandeling, deze beelden gaan ze analyseren en “mappen”. Daarna worden de beelden herverdeeld onder de leerlingen, random, en deze vormen de basis voor een workshop creatief schrijven. Tijdens deze workshop maken ze van de vijf random beelden, die al een bepaalde betekenis hebben gekregen door de mapping opdracht, een verhaal. Dit verhaal gaan ze vervolgens in 2 lessen “vormgeven”, op de manier die zij als meest passend ervaren. Dit kan een installatie, tekening, gedicht, foto, etc. zijn. Uiteindelijk vormen deze verhalen samen de inhoud van de buurtkrant. De buurtkrant zelf ontstaat vanuit een collectieve manier van werken, die wij niet van te voren bepalen. Ze mogen in redacties werken, met 1 aanvoerder, allemaal een eigen individuele taak of iedereen doet alleen dezelfde dingen voor hun eigen stukje.

De leerdoelen die wij eerder hebben geformuleerd tijdens de les van Diana spelen een grote rol in de ontwikkeling van deze lessenserie, en de beoordelingsvorm:

1) Het project heeft in principe een open uitkomst, De leerling kan verschillende media naar keuze hanteren/toepassen

2) De leerling word zich bewust van en leert werken met een context (omgeving/buurt/locatie)

3) De leerling kan benoemen dat kunst plaatsvindt op meer plekken dan alleen een museum of galerie en dat kunst vormen aan kan nemen die anders zijn dan een object voor een expositie.

4) De leerling leert niet alleen door te maken, maar vooral door te experimenteren, converseren en ervaren in een collectief

5) In vormgeven van het project, van onderzoek tot beoordelen, ga je uit van collectiviteit (als docent)

6) Als docent functioneer je vooral als facilitator en beschouw je je lessen als onderdeel van een artistiek sociale praktijk

7) De leerling kent verschillende manieren om een sociaal engageert project te delen

8) De leerling onderzoekt hoe die zich verhoud tot een (wijk/school/etc) omgeving

Voor onze lessenserie willen we uitgaan van collectiviteit in alle aspecten, wij kiezen er daarom voor om de groep als 1 collectief te beoordelen. We formuleren 3 a 4 “competenties” die we belangrijk vinden voor het collectieve proces, zoals;

De leerlingen hebben een vorm van samenwerking overlegd en toegepast om tot een collectief eindresultaat te komen
De leerlingen hebben, in aanpak of in gesprek, het persoonlijke maatschappelijk geïnterpreteerd en andersom
De leerlingen kunnen benoemen dat kunst plaatsvind op andere plekken dan alleen een museum of galerie
De leerlingen kunnen ideeën en voorstellen onderbouwen en toelichten
Natuurlijk zal er feedback zijn op het werk zelf, maar zolang er uiteindelijk iets is wat volgens de leerlingen “de buurtkrant” voorstelt, is het werk geen onderdeel van de beoordeling. Het proces en de onderzoekende houding zijn voor ons veel relevanter en interessanter.

We zijn ons bewust van de eventuele obstakels die een collectieve beoordeling kunnen veroorzaken, zoals meelift-gedrag en gebrek aan motivatie. Echter zien wij dit juist als een kans om de betekenis van een collectief samen met de leerlingen te onderzoeken. Als er een conflict ontstaat, en dit als een collectief word aangepakt en opgelost, zorgt dit juist voor een waardevol leermoment. Als docent speel je een grote rol in het “gezond” houden van het collectief, het stimuleren en benadrukken van de collectieve verantwoordelijkheden en ondersteunen van de communicatie zijn belangrijke factoren waar je als docent op moet letten bij dit project.

Hieronder vind je een opzet voor een eventuele beoordelingsvorm voor dit project.